woensdag 11 augustus 2010

dinsdag: lang en warm


Nu begint het doceren toch op gang te komen. Dat wil zeggen: om 8.35 verlaten we het huis, om 9:10 zitten we in de trein, om 10:05 zitten we op de motor-'van' in Canning, om 10.30 zijn we op de school, en om 11:00 begint Henk met zijn les. Hij heeft de tijd tot 13:00. We hoorden dat deze dagen de heetste augustusdagen in meer dan tien jaar zijn. Dat merk ik, als ik om 14:00 het stokje overneem, want de studenten zijn niet bepaald scherp vandaag. Thema van de lessen is 'de komst van Gods koninkrijk', en vandaag gaan we in op Romeinen 1:1-7. Na een inleiding gaan de studenten in groepjes uiteen om een preekvoorstel te maken over dit gedeelte. Ik spreek met ze af dat ze om 15:20 weer terug zijn. Dat is handig, want Sukrith heeft uitgelegd dat als je om 15:30 vertrekt, je de trein van 16:00 kan halen. Echter... Sukrith roept de studenten pas bij elkaar om 15:28, en als ik voorstel om dan maar de les te beëindigen neemt hij het stokje over, zodat we om 15:40 klaar zijn, en ons flink mogen haasten om de trein ruim te missen. Nu zat het niet erg mee met het vinden van vervoer naar het station, maar het voelt toch een beetje raar. De goede kant ervan is dat we tijd hebben om op het perron rond te kijken naar wat er allemaal aan informele economie te vinden is. Vers fruit (papaja's vooral; oogst is net binnen), lectuur, een telefoon die je kunt huren, flesjes 'yor' (dat is hoe ze het noemen: zelf hervulde flesjes met een variant op citroenlimonade, die met een geweldige plop openen. Kost omgerekend 1,7 eurocent, en is een gegarandeerde manier om een westerse maag buiten spel te krijgen, hoor ik), maar bijvoorbeeld ook een tandarts: man met bescheiden aktentas, die opengeklapt een collectie tangetjes, lijm en brokjes tandprothese blijkt te bevatten. Hier is wel enige moed voor nodig!
Terug in Calcutta worden we uitgenodigd door een oom en tante van Sukrith, die sinds vorig jaar het pand hiernaast bewonen. We krijgen de absolute top van de Bengaalse keuken te proeven, en weten niet wat we meemaken. Wat is dít lekker, en onbegrijpelijk exotisch! Als vanzelfsprekend geldt dat bij dit soort gelegenheden Henk of ik een kort geestelijk woord spreken. Het was Henks beurt vandaag. Best bijzonder, om zo bij vreemde mensen van God te spreken. Mij werd gevraagd in gebed voor te gaan.

Geen opmerkingen: