zaterdag 12 december 2015

Woensdag. Niranjans verhaal

De lessen nemen het grootste deel van onze tijd in. En terecht; daarvoor zijn we uitgezonden. Toch kan een lesdag van 10.30 – 18.30 best vermoeiend zijn. Bijvoorbeeld als aansluitend gevraagd wordt om ook nog te preken, zonder extra voorbereidingstijd. Maar lees er geen klacht in: het is geweldig en zegenrijk om te doen.
Gelukkig is er in een lunchpauze ook gelegenheid om wat langer met iemand door te praten. Zo raak ik in gesprek met Niranjan, een man 35 jaar. Op enig moment vraag ik hem naar zijn favoriete bijbeltekst. Hij noemt 1 Smuël 16:7 “de HEER zei tegen Samuël: 'Ga niet af op zijn voorkomen en zijn rijzige gestalte. Ik heb hem afgewezen. Het gaat niet om wat de mens ziet: de mens kijkt naar het uiterlijk, maar de HEER kijkt naar het hart.'” Ik vraag hem hoe die tekst belangrijk voor hem geworden is, en hij doet zijn verhaal: Vier jaar geleden kreeg ik van alle kanten afwijzing. Ik had schulden, mijn familie wilde me niet steunen, mijn baas misdroeg zich naar me, in de kerk vond ik geen steun, en zelfs mijn predikant had ik tegen: Die vond dat ik op een verkeerde weg was geraakt, en onthief me van mijn taken. Het pijnlijkst was het dat mijn moeder afstand van me nam. Niet alleen omdat het nu eenmaal om mijn moeder gaat, maar om wat er eerder in mijn leven gebeurd is. Ik was 2,5 jaar oud toen ik erg ziek werd. Ik werd naar het ziekenhuis gebracht, maar raakte in een coma, en was onbereikbaar. Een paar dagen later verklaarden zeiden de dokters tegen mijn ouders dat ze niets meer voor me konden doen. Niet veel later, thuisgekomen, verklaarde een dokter me dood. Mijn moeder wilde dat niet geloven, en zich er niet bij neerleggen. Ze sloot het huis en ging een hele dag en nacht bidden en offeren. Niets veranderde. Behalve dan de buren. Die drongen er al de hele dag op aan dat ik gecremeerd zou worden, maar na deze nacht stelden ze een ultimatum: Als mijn moeder het zelf niet zou doen, zouden ze aan het eind van de tweede dag het huis openbreken en zelf de crematie voltrekken. In wanhoop ging mijn moeder de tweede avond in. Ze besloot ten einde raad maar tot Jezus te bidden. Ze viel in slaap zonder verhoring te hebben gezien. Die nacht werd ik wakker, en de hele kamer was zeer fel licht. Ik zocht met mijn ogen waar het licht vandaan kwam, en ik zag Jezus. Toen moeder in de vroege morgen wakker werd, bewoog ik met mijn benen. Ze opende de deur, en riep alle buren bij elkaar: Kom dan zelf kijken. Hij beweegt!
Nooit hebben we meer naar de Hindoe-goden omgekeken.

2 opmerkingen:

Unknown zei

Dat zijn nog eens getuigenissen! Hallelujah. Pech dat je daarvoor ook een tegenwerkende kerkraad nodig hebt?

Unknown zei

Prachtig verhaal!