zondag 24 april 2011

Jezus de winnaar van het leven - de valsspeler geschrapt

De 93e Tour de France beloofde weer ouderwets spannend te worden. Rond de 200 wielrenners waren al maanden bezig met de voorbereidingen. En met hen de hele caravaan: Sponsors en bobo’s alom. Medische teams met fysiotherapeuten en artsen, technici, alles om ploegen van tegen de tien wielrenners te ondersteunen. En die tien onderling hadden weer hun eigen verdeling: waterdragers en klimmers, specialisten voor afdaling, tijdrijden en sprint. Maar wat hun specialiteit ook is, alle eigen ambities gaan opzij voor de kopman op jacht naar de gele trui. Zo staan ze allemaal, van sponsor tot materiaalknecht, in dienst van de kopman. Wordt het Ulrich? Of is de ploeg rond Contador niet te kloppen?


Maar juist als de tourcaravaan in Straatsburg is neergestreken voor de eerste etappe, worden 17 rijders geschorst. Doping. Alweer doping. Onder hen de vijf renners met de hoogste rating. Twee ploegen moeten zich terugtrekken omdat er niet voldoende renners over zijn. Een zwarte dag voor de wielersport. Eerlijk duurt het langst – en van lang houden wielrenners niet.

De Tour gaat wel van start, al is het zonder die favorieten. Wie vult de lege plaatsen in? Wie wordt er nog meer op doping betrapt? Tegen de 15e ronde gaat het om Floyd Landis en Oscar Pereiro. Wie van de twee heeft de langste adem? De 16e etappe lijkt het antwoord te geven. Landis breekt, en komt met een achterstand van wel 10 minuten over de streep. De race lijkt beslist.
Maar de 17e etappe brengt nieuw spektakel. Landis is niet te stoppen. Een dag eerder zat hij nog helemaal stuk! Nu rijdt hij solo een groot gat dicht naar een ontsnapt groepje rijders. En laat ze vervolgens allemaal achter. Maar liefst 9,5 minuten pakt hij terug in één etappe! Die halve minuut komt een dag later. De laatste dagen blijft het spannend. Pereiro of Landis? Landis wint. Een van de snelste Tours ooit – en dat ondanks de geschorste top 5.
Pereiro en zijn ploeg zijn verslagen. Letterlijk – maar zeker ook figuurlijk. Waar haalde Landis het vandaan, in die 17e etappe? 10 minuten op een etappe. Ongezien, onvoorstelbaar. Al tijdens de Tour werden er antwoorden gegeven op die vraag. Ik hoorde het een commentator zeggen: die rit komt uit een potje. Geen mens kan in een paar uur herstellen van opgebrand naar vlammend. Roddels genoeg. Maar roddels kosten je de titel niet. Pereiro en zijn team waren teleurgesteld, en voelden zich bedrogen. Maar vooral verloren. Hun hoop vervlogen, en een bittere nasmaak bleef achter.
Toen bleek er meer te zijn dan roddels alleen. Bloedwaarden, schorsing, onderzoek: het heeft tot september 2007 geduurd, maar toen werd met terugwerkende kracht Landis geschrapt. Al zijn resultaten in de Tour 2006 zijn geschrapt. En Pereiro kreeg alsnog de eer die hem toekwam: winnaar van de Tour 2006.

Op goede vrijdag vervloog de hoop van Jezus' volgelingen. De 12, de vrouwen, de duizenden die hun hoop op Hem gevestigd hadden, ze zagen Jezus zijn leven verliezen. Weer iemand in wie ze de messias hadden gezien – maar in plaats van bevrijding van de Romeinen te brengen, zelf roemloos ten onder ging. Tientallen waren Hem voorgegaan. Het had allemaal zo hoopvol geleken. Vorige week nog had het volk hem als een held binnengehaald. Hadden ze onder de ogen van de Romeinen hun koning symbolisch binnegehaald. In Jeruzalem, de hoofdstad. Op een ezel – naar de profetie. De Romeinen hadden het allemaal zien gebeuren, maar hadden er niets aan kunnen of durven doen. Nee, het verraad was van binnenuit gekomen. Judas. Maar natuurlijk ook de leiders, die Judas betaalden. Zij waren het ook geweest die Jezus bewust uitleverden aan de Romeinen. Uitleverden? Ze hadden leugen en bedrog nodig gehad om de Romeinen tegen Jezus op te zetten! Het was net alsof Pilatus Jezus' claim van koningschap wel hoorde, maar ergens diep van binnen respecteerde, misschien zelfs erkende. De dood heeft valsgespeeld. En hij speelde onder een hoedje met Rome (het aardse gezag) en de hogepriesters (het geestelijk gezag). Is niet de duivel de heer van de dood? Dan weet je meteen aan welke kant priesters en Rome staan. Jezus zei het al, toen Hij aangehouden werd: Jullie komen terecht 's nachts. Duistere mensen met duistere zaakjes – en dat noemt zich geestelijken.
Nu, op paaszondag, likken de volgelingen hun wonden. De vrouwen, die zijn werk financiëel en praktisch hadden mogelijk gemaakt. De duizenden, die teleurgesteld op huis aangingen (zoals die twee op weg naar Emmaüs). En natuurlijk de 12. Die jaren van hun leven hadden gegeven. Van gezin en werk waren weggeweest om Hem te volgen. Het was allemaal tevergeefs geweest.
Nu geven de vrouwen hun laatste praktische bijdrage. Ze gaan vroeg op pad om het lichaam van Jezus te balsemen. Als je dat niet doet, zal er ook nog een veel sterkere lijklucht komen. Een paar dagen geleden waren de levende voeten van Jezus gezalfd. Nu zal zijn gestorven lichaam geurig worden verzorgd.
Wat ze zien, kunnen ze niet bevatten. Een leeg graf, prekende engelen. Verwilderd rennen ze terug en doen verslag. Niet dat de discipelen hun verslag kunnen bevatten: ze denken dat de vrouwen de kluts kwijt zijn. Niet zo'n vreemde gedachte – zelf snappen ze er ook niets meer van. Maar geen haar op hun hoofd die eraan denkt dat Jezus de dood, de Romeinen, de corrupte geestelijke en de duivel samen verslagen heeft.
Dead men don't walk.
Petrus dan? Gelooft die de vrouwen? Ik denk het niet. Zeker met de andere evangelieën ernaast niet. Nee, Petrus is zel fook verward en onzeker. Gebroken en teleurgesteld. Hij gaat kijken om de verwarring in zijn hoofd niet nog groter te laten worden. Het is, dat andere evangelisten beschrijven dat hij bij het zien van de doeken gaat geloven – maar in onze tekst is daar nog niet veel van te zien.
Jezus heeft alle veertig dagen van pasen tot hemelvaart nodig om zijn discipelen ervan te overtuigen dat Hij leeft. Zelfs bij zijn hemelvaart lezen we nog: en sommigen twijfelden.

Ik denk dat de meesten van ons op onze tijd als de vrouwen zijn. Of als de discipelen. Dat we zó teleurgesteld raken – in het leven en ook in God – dat we niet meer kunnen geloven in Gods macht. Of in zijn liefde voor mensen. Als we een leven opbouwen, de strijd van het geloof strijden, en dan alles wat we hebben opgebouwd zien breken. Een geliefde die ons ontvalt – door de altijd vals spelende dood of door het oneerlijke leven. Als ons lichaam gebrekkig wordt, terwijl we nog verder moeten en willen. Of als we onszelf tegenvallen. Zelf ten val komen, onze eigen teleurstelling zijn.
Bedenk dan, dat sommige discipelen heel wat meer nodig hadden dan paasmorgen, om weer te gaan geloven. Thomas had alvast een week nodig. Paulus een aantal jaren. Het bijzondere is, dat dit niets aan de waarheid verandert. Terugkijkend heeft Pereiro altijd die laatste tourweek aan kop gereden – de tijden van Landis tellen immers niet eens mee? Misschien raakt u ook weer eens zo teleurgesteld als de eerste discipelen toen. Dan is het goed om te weten dat uw teleurstelling Jezus niet tegenhoudt. Dat we juist diep in de put mogen uitzien naar Gods toekomst.
Jezus was, juist toen Hij zijn leven gaf aan het kruis, de winnaar van het leven. Al zou het u een leven lang kosten om dat te gaan zien.

Leren zien dat je verloren hebt, kan ook tijd kosten. Landis heeft pas afgelopen november aan de dopingautoriteiten opgebiecht dat hij inderdaad doping had gebruikt. Niet maar toen, op die ene etappe, maar jarenlang en systematisch.
Met de duivel is het niet anders. Sinds Jezus uit de dood is opgestaan, weet hij dat het een veloren zaak is: wie de dood achter zich laat, moet vrij zijn van zonde. De dood is immers slechts het loon van de zonde. Dat betekent dat de duivel niet meer de macht heeft over de mensen. Dat zijn vals spel op goede vrijdag doorzien is. En zijn prestaties uit de uitslag zijn weggeschrapt. Maar tot op heden lukt het de duivel niet dat toe te geven. Op zijn schoorsteenmantel blijft maar dat bordje staan: vorst van de aarde – de enige zekerheid in het leven is de dood. En die is van mij.
Maar uit de officiële lijsten is zijn naam al weggeschrapt. Geen van zijn etappezeges telt nog. De enige zekerheid van de duivel, is dat hij is verslagen. Dat staat vast sinds die ene positieve uitslag: de winnaar van het leven stond op uit de dood.

Jezus leeft!

1 opmerking:

G.J. Stegeman zei

Kijk eens hier voor een mooi schilderij van E. Burnand.
Petrus en Johannes spoeden zich naar het graf.
http://www.statenvertaling.net/kunst/grootbeeld/49.html

Groet,
G.J. Stegeman
www.emarea.eu